In elke computer/laptop worden bestanden opgeslagen op een component wat de vaste schijf (harde schijf) genoemd wordt.

De conventionele harde schijf bestaat uit een schijf waarop met behulp van magneten bestanden en data kan worden opgeslagen. Het ziet er een beetje uit als een oude LP speler.



De schijf draait enorm snel rond, en een arm beweegt over de schijf om overal op de schijf te kunnen komen zodat de data geschreven en gelezen kan worden.

Bij een Solid State Drive (SSD) is de ronddraaiende schijf vervangen door een chip waarop de gegevens bewaard kunnen worden. Het is een beetje vergelijkbaar met het geheugenkaartje uit een fototoestel.

De voordelen
Een SSD heeft een aantal voordelen ten opzichte van een HDD, namelijk:
- In een SSD bevinden zich geen draaiende delen. Hierdoor gaan ze niet snel kapot;
- Doordat er niets draait, zijn er ook geen trillingen en is er ook geen geluidsproductie;
- Bij een SSD kan de computer sneller bij de juiste data komen. Hierdoor zijn ze sneller (dit merk je vooral bij het opstarten en uit standby komen).


De nadelen
De nadelen van een SSD zijn:
- De prijs (ze zijn nog redelijk prijzig ten opzichte van conventionele harde schijven)
- De grootte van de schijven ligt nog achter op de conventionele harde schijven;
- Bij het vaak opslaan en wissen van data kan de schijf op den duur langzamer gaan werken.

Wat je veel ziet is dat de nieuwere computers en laptops uitgerust zijn met 2 schijven, 1 SSD en 1 HDD. De SSD wordt gebruikt om bijvoorbeeld windows op te installeren. Hierdoor wordt de computer opgestart vanaf de SSD schijf, dit is snel! Om vervolgens extra gegevens op te kunnen slaan wordt er dan gebruikt gemaakt van de tweede harde schijf, de HDD. Deze heeft van vaak een grotere opslag zodat beide voordelen benut worden.